Week 19 – Langs de kust van de Seto Sea

De mooiste fietsroute van de wereld (78 km) – donderdag 7 maart 2019

We staan op, ruimen de futtons op, pakken de tassen in en ontbijten beneden in de gezamenlijke kamer/keuken aan een lage tafel, die dan wel weer verwarmd is. Nuttert heeft vandaag even genoeg van Japan (of dit guesthouse); overal bukken, op de grond zitten, dunne wandjes, nauwelijks vegetarisch eten, drukbevolkte straten, mensen die voortdurend naar zijn lengte vragen (of alleen kijken en gaan giechelen)… etc. Niks is goed of mooi. Dat belooft wat voor vandaag, want we gaan één van de mooiste fietsroutes van de wereld rijden. De Shimanami Kaido, een fietspad over zes eilanden die met elkaar verbonden zijn met grote, soms enorme (hang)bruggen. We gaan vandaag naar ons derde grotere eiland toe van Japan; Shikoku.

Als we starten regent het zachtjes. We wisten dat die kans er in zat, maar hadden gehoopt dat de bui zou overtrekken. Dus niet. Dat is wel heel jammer, want nu zullen we minder ver kunnen kijken. Met de regenpakken aan gaan we op pad. Eerst met de ferry over naar het eerste eiland. De weg is al direct goed aangegeven. We zien een plattegrond, richtingbordjes en ook is de hele route aangegeven met een blauwe streep langs de weg. Deze keer hebben we dus geen gps nodig.

Het blijft fris vandaag en op het einde trekt de wind ook aan. De bruggen zijn stuk voor stuk indrukwekkend om over te rijden. Je fietst een flink eind boven het water. De ene brug is technisch knapper als de andere. Twee bruggen zijn opvallend. De Tatara bridge is technisch knap omdat het een tuibrug is. En de laatste brug is “huge”; de Kurushima-Kaikyō Bridge. Deze is 4 km lang en we fietsen op 85 meter hoogte. De harde zij/meewind is wat beangstigend. Het uitzicht is prachtig, zeker als de zon er bij komt. We pauzeren één keer bij een klein keetje, waar we “pankeki” en pasta eten. De koffie wordt met een vacuümapparaat gemaakt; alsof je naar een scheikundige proef zit te kijken. Fantastisch, dat wordt een aankoop voor als we thuis zijn. Op de eilanden zien we veel zonnepanelen en citrusbomen, bomen met sinaasappel of citroenen. Ook zien we bij een gebouw nog een rijtje grote poppen zitten. Er bij ligt een gastenboek die je welkom in Japan wenst en je mag een mandarijn meenemen.

In Imabari hebben we een luxe hotel geboekt. We mogen de fietsen meenemen naar onze kamer op de 18de verdieping. Het zwembad en de sauna kosten nog extra. Dat wordt ons te gek. We douchen lekker, eten in een naburig restaurantje, werken ons blog bij en Nuttert baddert in bad.

En dan de hamvraag: Hoort de Shimanami Kaido tot één van de mooiste fietsroutes ter wereld? De tocht is zeker weten bijzonder door de bruggen en het uitzicht. De eilanden zijn niet zo interessant voor wat wij gezien hebben. Maar we zijn blij dat we dit gedaan hebben! Misschien is het niet de mooiste, maar infrastructuurtechnisch is het wel de duurste fietsroute ter wereld.

Op een bewoond eiland (78 km) – vrijdag 8 maart 2019

Ons ontbijt is een beetje karig, de granola die we hier eten zijn we bij het vorige hostel vergeten, dus vandaag alleen yoghurt/kwark. We zouden ook in het restaurant kunnen eten maar voor €14,- pp vinden we dat eigenlijk te gortig.

We zijn vandaag wel lekker vlot weg, de fietsen hadden we meegenomen naar de kamer dus geen gesjouw met tassen. De stad uitrijdende komen we een McDonald/McCafe tegen. Door ons beperkte ontbijt gaan we hier voor een koffie met iets erbij – stond nog op ons todo lijstje. De koffie was best goed, het dingetje erbij wat marginaal.

De route vandaag is niet heel boeiend: met name door stedelijk gebied. Dus veel stoplichten (waar de Japanners allemaal keurig voor stoppen/wachten, ook als er niets aan komt), erg veel dingen van beton en overal van die kleine vierkantige autootjes. En omdat we onderweg erg veel autobedrijven tegenkomen, vandaag met name die van Daihatsu, komt bij Nuttert de gedachte op dat Japanse auto’s misschien toch niet zo best zijn, ze hebben blijkbaar erg veel onderhoud nodig…

Maar goed, we gaan weer verder. Vlak voor we in Shikokuchuo aankomen gaan we nog een klein weggetje proberen. Enerzijds om de drukke weg te vermijden, anderzijds om de klim wat minder hoog te laten worden. Dit weggetje wordt weer een aardig avontuur, onze kaart is de weg al snel kwijt. Na mooie vergezichten wordt weer aangesloten op een grote weg, we hoeven dus niet terug. Via de kustweg, waar we van de kust zelf weinig zien door de hoge (betonnen) waterkering, gaan we naar ons businesshotel. Daar worden we vriendelijk onthaald door een Japanse mevrouw, die geen woord over de grens spreekt, met op de achtergrond Radio538. Dat is dan toch weer verrassend…

Vanavond gaan we eten bij een Italiaans restaurant, we passeerden het vlak voor we bij ons hotel aan kwamen. Wel eens fijn, een pizza, in plaats van rijst of rauwe vis.

Op (be)zoek naar de tempel Kompirasan (70 km) – Zaterdag 9 maart 2019

We staan relatief vroeg op, want een lange dag voor de boeg. We gaan naar Takatsuma; ca 70 km verderop en wel wat heuveltjes in de route. Bovendien wil Nicole halverwege de route een tempel zien die op een berg ligt.

Het eerste stuk ca 15 km gaat langs HW 11, dat is een drukke weg met veel vrachtverkeer. Er zijn nauwelijks alternatieven omdat de weg over het kleine stukje vlakke land aan de kust gaat. Er is geen een apart fietspad naast, dus erg opletten geblazen. Zodra het kan heeft Nuttert met maps.me een alternatief route gevonden. Direct rijden we weer op een weg die een stuk rustiger en landelijker is. Met R377 rijden we meer de heuvels in richting Kotohira.

Eenmaal aangekomen in Kotohira raken we in de war van de borden. Welke tempel moesten we nu ook alweer heen? Hoe heet deze? Waar is deze? Hoe komen we er? Na een kwartier op Google gezocht hebben we de goede: Kompirasan (voorheen Kotohira-gū of ook wel Sanuki Konpirasan).

We stallen onze fiets en storten ons in het smalle straatje met traptreden vol met toeristen en aan weerszijde winkeltjes die naar de tempel leidt. Nuttert heeft er al snel genoeg van en loopt met grote stappen omhoog. Nicole doet het rustiger aan en geniet van de 1.368 stenen traptreden. We zien mensen die met draagstoelen tot halverwege worden gedragen. We zien één pelgrim in witte kleren. We zien veel gezinnen, maar ook oudere mensen. Zelfs de hond wordt meegenomen. Eenmaal bij de tempel zien we dat mensen hun respect tonen, buigen & klappen. Ook worden er witte gelukspapiertjes gekocht die worden opgehangen aan een rek. En dan lopen mensen weer naar beneden.

Wij lopen nog wat rond. In een zijtempel is een boot gestald die in 1996 met alleen zonnestroom van Equador naar Tokyo is gevaren. Verder hangen er allerlei grote foto’s van scheepvaartmaatschappijen. Deze tempel brengt geluk met name voor zeelui.

Ook wij lopen nu naar beneden, lunchen kort en stappen weer op de fiets. Nog 31 km te gaan en dat valt zwaar doordat het nog veel op-en-neer gaat, waardoor het niet opschiet. Om 17.45 uur checken we dan uiteindelijk in. Douchen en dan op zoek naar een restaurantje. Ons hotel zit dichtbij het winkelgebied met veel restaurantjes. Vanuit teveel keuze gaan we voor bekend terrein: De Italiaan. Dat beviel ons gisteren ook goed en ook nu eten we lekker. Deze keer is het menu niet in het Engels, maar de jongen die ons bedient zoekt het uit met een translate-app. Op het einde krijgen we nog een tip voor een udon-restaurant. Moe gaan we terug naar het hotel. We verlengen voor een extra dag, want het wordt morgen slecht weer.

Rust/regendag in Takamatsu – zondag 10 maart 2019

We maken er een echte rustdag van: we staan pas tegen elfen op. Is voor Nicole ook wel fijn, kan ze de laatste aflevering van Wie is de mol kijken…

Na het ontbijt wat huishoudelijk werk, of eigenlijk een wasje draaien. Dat kan hier gratis maar we moeten dan wel een sleutel hebben, maar waarvoor die zou moeten dienen??

Tijdens het draaien van de was maken we het filmpje voor de blog van de eerste week in Japan.

Om niet de hele dag in het hotel te blijven lopen we het nabijgelegen en weer erg grote overdekte winkelgebied in, wel zo fijn met de regen… We lopen wat rond, nemen ergens een gevulde crêpe, en bij een kop koffie maken we een planning voor de komende tijd. Hier blijkt dat we te weinig tijd hebben om naar Tokyo te fietsen, maar te veel om dat met boot of vliegtuig te doen. Uiteindelijk besluiten we om met een omweg naar Osaka te gaan, via het kunstenaarseiland Naoshima, dan via Nara en Kyoto weer naar Osaka om dan met de boot naar Tokyo te gaan.

Na wat bootschappen voor morgen gaan we naar een “kroeg” voor het avondeten. Dat smaakt prima, alleen jammer dat er ook gerookt wordt… Om verwarring bij de bediening te beperken doet Nuttert de bestelling, ze zijn hier nog niet zo geëmancipeerd.

‘s Avonds kijken we nog naar de eerste etappe van Parijs – Nice en WK shorttrack, helaas met een wat matige internetverbinding: missen we de cruciale momenten.

Met de boot naar Naoshima (10 km) – maandag 11 maart 2019

In de ochtend bekijken we de Ritsurin garden van Takamatsu. Dit is een flink grote tuin met wel 1.000 dennenbomen. Bij de kassa zitten twee mensen en een derde persoon wijst ons aan waar we moeten staan (niet zo moeilijk te zien als er maar 2 mensen in de rij staan) en geeft ons een routekaartje. Japanners houden van een duidelijke organisatie, dat hebben we al ontdekt de afgelopen twee weken. We zijn eerlijk gezegd niet enorm onder de indruk van de tuin. Wel bijzonder om te zien dat ze van die dennenbomen ook prachtig gevormde bomen kunnen maken. In de tuin zijn tig mensen aan het werk met aanharken, dennennaalden bijknippen, rondleidingen geven of met een bootje door de vijvers varen. Bij het grootste theehuis is weer een fotosessie aan de gang. Van een bruidspaar?

Als we de hele tuin gezien hebben, ca. 1,5 uur later is de tuin een flink stuk drukker geworden. Naast grote groepen Chinezen lopen er ook grote groepen Japanse schoolklassen rond. Met dezelfde uniforms en rode, witte of blauwe hoedjes.

Na de tuin vertrekken we naar de haven en varen met de ferry over naar Naoshima (de klemtoon ligt op de “o”); een klein eilandje dat door kunstenaars en kunstliefhebbers wordt bezocht. Bij de haven waait het hard en hebben we zin in eten. We lopen binnen bij het dichtsbijzijnde eettentje, waar de bediening een klein beetje Engels kan, de vloer plakt, en de twee oude dames sloffen en schuifelen door het tentje en schreeuwen naar elkaar. Weer een heel Japanse ervaring.

Op de fiets rijden we naar het enige museum dat op maandag open is: Het Benesse House. Onderweg komen we al wat grotere landschapskunstwerken tegen. Het is even uitpuzzelen hoe we bij het museum moeten komen. Het laatste stuk mag niet op de fiets, dat is alleen beschikbaar voor hotelgasten van het superdure Benesse Hotel. Het museum is een betonnen modern gebouw met een paar prachtige kunstwerken oa drie poppen die blablablabla zeggen of iets neuriën en daar tegenover een muur met vlaggen met gekleurd zand gemaakt waar allerlei mierengangetjes doorheen lopen. Of een groot schilderij van de zee met een geel en zwart sloepje, die liggen dan in het echt ook voor het schilderij en als je naar buiten kijkt zie je ze ook ver weg op een strandje liggen. Daarnaast zijn er ook veel werken die ons niets doen.

Op de fiets rijden we dan naar ons appartementje, waar het eerst lastig is de eigenaar van te vinden. Het is behoorlijk fris binnen en wat ongezellig. Na een uurtje willen we bij de supermarkt 1,1 km verderop boodschappen doen, maar deze is al gesloten. En in het kleine dorpje is maar één restaurantje met 6 tafels open. We kunnen er gelukkig direct terecht en nadat we de schoenen bij de deur hebben uitgedaan, zitten we bij een lage tafel met een kookplaat. Nuttert bestelt noodles met inktvis (Nicole houdt niet van die taaie stukjes vis) en Nicole neemt een okonomiyaki. Dat is een dikke pannenkoek met groene kool en andere groenten waaroverheen streepjes mayonaise zijn getrokken. De bakplaat wordt aangezet en we eten rechtstreeks van de plaat. Een hele nieuwe ervaring en het eten was erg lekker. Een half uurtje later zijn we helaas niet meer de enige toeristen die hier zitten. Er is een rij van toeristen ontstaan. We hebben gelukkig een half uurtje het idee gehad dat wij iets authentieks Japans hadden ontdekt.

Art houses (24 km) – Dinsdag 12 maart 2019

Ondanks het erg zachte bed hebben we toch goed geslapen. Omdat we gisteren geen boodschappen hebben kunnen doen hebben we geen ontbijt. Dus eerst een kop koffie/thee en in het dorp een cafe zoeken voor iets te eten.

Voordat we vertrekken proberen we onze vieze fietsen nog te wassen, maar dat lukt niet erg, we hebben geen borstel o.i.d. dus uiteindelijk alleen wat afgespoeld. In het dorpje treffen we een huiskamercafé wat nog een continentaal ontbijt verzorgd. Nicole drinkt voor het eerst een yuzu thee en dat smaakt heerlijk. Het is sinaasappelmarmelade met heet water. Dat wordt thuis ook een klassieker.

Daarna gaan we de arthouses in ditzelfde dorp bezoeken. Doordat het inwoneraantal in de jaren flink is afgenomen stonden er veel huizen leeg. Deze zijn deels door kunstenaars overgenomen. We bezoeken er een zestal, elk met een eigen thema. Ook gaan we hier nog naar het museumhuis van de architect Ando. Ook het gisteren bezochte Benesse house en het ChiChu art museum heeft hij ontworpen. Dit laatste museum gaan we ook nog “doen”, maar daarvoor moeten we nog een stukje fietsen. Daar aangekomen is het er best druk, dat hadden we zo na de stilte van gisteren niet verwacht. Na weer kaartjes gekocht te hebben gaan we naar het museum via een bloementuin geïnspireerd op Monet. hHet is een gebouw dat grotendeels onder de grond ligt. Hierdoor is het op veel plaatsen best wel donker, de tentoonstellingsruimten zijn wel goed licht, en is er niet een duidelijke routing; je loopt een beetje als kip zonder kop rond. Vooral Nuttert irriteert zich hieraan, als je een nieuw gebouw ontwerpt zorg je toch dat dat goed is!!

Dit was het laatste museum en we gaan terug maar de haven, we willen de ferry van 16:02 naar Uno pakken. We zijn nog mooi op tijd en willen nog een koffie kopen. Het blijkt dat je daarvoor eerst via een apparaat (per item) een “mealticket” moet kopen die je dan aan de mevrouw achter de balie geeft. Tjonge, je kan het ook ingewikkeld maken…

Het is maar een klein stukje met de boot maar Uno. Hierna gaan we via een niet al te drukke weg, maar met een goed fietspad naar ons hotel in Okayama. Via tunnels en een grote, hoge brug komen we in de stad. Na eerst nog wat boodschappen gedaan te hebben gaan we naar het hotel. Dit blijkt iets minder standaard dan gedacht, alleen toegankelijk voor volwassenen… we hebben een zeer grote luxe kamer met mega bed (in dit soort hotels natuurlijk erg belangrijk), een mega tv en een luxe badkamer. Tja, dat hadden we niet gezien op booking.com. In Japan zijn dit soort hotels wel gebruikelijk. De huizen zijn met de papieren wandjes erg gehorig en omdat er met meerdere generaties samen gewoond wordt is wat privacy soms wel prettig…

Hoewel we niet zo hongerig zijn gaan we bij een nabijgelegen Chinees restaurant eten. Het aanbod is beperkt (en heeeel anders dan wat er in NL op de kaart staat). Uiteindelijk kiezen we de twee varianten van de noedels.

In het hotel gaan we nog lekker wat badderen, wat internetten (de finish van de 2e etappe van Parijs – Nice duurt ons te lang) en dan slapen.

Langs pottery, heuvels en zee (56 km) – woensdag 13 maart 2019

Na een goede nachtrust pakken we weer onze spullen op. Van Agnes kreeg Nicole een berichtje over de voorspellingen van het kersenbloesemseizoen per stad. Jaa, dáár zijn websites van in Japan. De data die Agnes appt zijn andere data dan die wij steeds hadden gezien. Nicole breekt het zweet uit, want het zou kunnen dat we nu toch de kersenbloesem in volle bloei gaan missen, omdat we niet op de juiste plek zijn. Terwijl dat de reden is om juist in deze periode naar Japan te gaan. Nuttert reageert wat laconieker en heeft al een oplossing bedacht; dan reizen we toch met de Shinkansen (snelle trein) naar Tokyo of juist Kyoto. Gerustgesteld vertrekken we met een harde wind in de rug.

We fietsen al vrij snel tussen rijstvelden. Dat klinkt heel idyllisch en dat is het ook wel, maar er is ook aldoor bebouwing en zelfs industrie. Het valt op dat veel fabrieken hele installaties buiten hebben staan. In Nederland is er al snel een hal omheen gebouwd. Zo nu en dan zien we een roofvogel.

Na 19 km hebben we zin aan koffie en verhip daar rijden we toevallig langs een leuk uitziend cafeetje; un café du labour geheten. Als we binnenkomen blijkt het eigenlijk meer een lunchcafeetje te zijn. We installeren ons aan de bar en hebben direct zicht op de keuken. Er staan al een paar borden klaar, die heel erg mooi zijn opgemaakt. Nicole wordt nieuwsgierig en ipv alleen een koffie bestellen we de lunch. Met handen en voeten, Google translate en de foto’s van de gerechten begrijpen we zelfs wat we gaan eten. Een 45 minuten later hebben we heerlijk geluncht met soep, pasta en een toetje voor ongeveer €9 p.p.

Zeven kilometer verderop bereiken we Bizen, waar het pottery museum helaas gesloten is. We worden doorverwezen naar het stationsgebouw waar een verdieping vol pottery te bekijken is. In dit plaatsje wordt al eeuwenlang heel ruw aardewerk gemaakt. Eerst voor de landheren, maar later ook voor de gewone man. De klei wordt verwerkt tot potten, bekers, bakjes, schotels, schalen, vazen of beelden en onbewerkt gebakken. Het vuur zorgt voor de tekening in het baksel. Beide vinden we het niet echt mooi.

In het naastgelegen café drinken we (nu wel) alleen een kop heerlijke koffie uit een aardewerken kopje.

De volgende 31 km schieten voorbij. De wind blijft hard waaien en ondanks de zon is het behoorlijk fris. We zien een paar keer de Shinkansen langs schieten, rijden door heuvels, smalle paadjes, dorpjes, industrie en langs de kust. Bij het hotel in Ako worden we verwelkomd door een klein vrouwtje die net boven de heup van Nuttert uitkomt. Met de app begroet ze ons in het Nederlands en op onze kamer ligt een briefje met “dank u wel” en 2 origami kraanvogels. Heel attent.

‘S avonds eten we bij een restaurant waar ook bijna niemand van de bediening Engels kan en er is alleen een Japanstalige menukaart zonder foto’s. Met aanwijzen en kruistekens maken (als we iets niet willen) komen we er uit. Iedereen heeft er plezier in om ons uit te leggen of voor te doen hoe we moeten eten. De mensen naast ons eten hotpot met ingewanden van dieren. Dat blijft ons bespaard. Met edamame, misosoep met “clams” (we konden ook kiezen voor de kreeft die ze levend uit het aquarium haalde), sashimi, tempura en rijst hebben we heerlijk gegeten. Met een volle buik terug naar het hotel.

2 gedachten over “Week 19 – Langs de kust van de Seto Sea”

Reacties zijn gesloten.